Het Vedder Offer
uit Mat in de Mediastad (deel 2: passie)
uit Mat in de Mediastad (deel 2: passie)
In 1992 bedacht Henk Vedder iets moois achter het bord tijdens zijn partij tegen Mark Irwin in het BSG Pinkstertoernooi: een spectaculair torenoffer op zet 10 in een zijvariant van het Siciliaans. De vondst bleef niet onopgemerkt in het Bussumse Denksportcentrum: Henks winstpartij werd beloond met de schoonheidsprijs.
Hier bleef het vooralsnog bij. Het duurde ruim drie jaar tot de zet opnieuw de aandacht trok. Henk kreeg de stelling opnieuw op het bord tijdens een KNSB-ronde. Het toeval wilde dat broer Richard dezelfde dag tijdens een competitiewedstrijd elders in het land het torenoffer ook op het bord kreeg. Beide Vedders wonnen fraai.
Johan Hut schreef er als eerste over in zijn wekelijkse schaakcolumn in De Gooi- en Eemlander. Ook Tim Krabbé besteedde er enig tijd later aandacht aan en gaf de variant een naam: het Vedder Offer. New in Chess wijdde er vervolgens een artikel aan in een van de jaarboeken.
Daarna bleef het weer lange tijd stil rond de spectaculaire variant. Henk bleef zijn wapen gebruiken als hij de kans kreeg en schotelde ook sterke spelers als Manuel Bosboom, Sofia Polgar en Jacob Aagaard het torenoffer voor (die het aanbod overigens beleefd afsloegen).
In Engeland boekte ondertussen de titelloze Jack Rudd successen met de speelwijze. Voor zover bekend dook de variant in 2007 voor het eerst op in een partij tussen twee grootmeesters. De zwartspeler ging ook hier niet in op het torenoffer.
Op grond van het voortgaande lijkt de conclusie gerechtvaardigd dat het torenoffer correct is. Sinds de stampartij uit 1992 heeft geen enkele zwartspeler de giftoren overleefd. Meesters en grootmeester branden er hun vingers maar liever niet aan.
In de eerste publicaties raakte het torenoffer zelf een beetje ondergesneeuwd, de aandacht richtte zich vooral op het bijzondere voorval dat de broers Vedder er gelijktijdig een spectaculaire overwinning mee behaalden, wat inderdaad uniek is te noemen. Logisch, dat columnisten het anekdotische element van gelijktijdig toeslaande wapenbroeders de voorrang geven.
Dankzij een recente uitgave in de serie Dangerous Weapons van de Britse uitgever Everymanchess staat Henks torenoffer nu echter weer volop in de belangstelling.
Ik kreeg enkele maanden geleden lucht van de aanstaande publicatie via de website van de Britse uitgever waarop het desbetreffende hoofdstuk was te downloaden. Ik mailde het hoofdstuk naar Henk, in de veronderstelling dat hij blij verrast zou zijn. Diens reactie was echter lauw, dat gold later ook voor Richard, die in het hoofdstuk ook genoemd wordt als een van de pioniers van deze variant. Bij nadere beschouwing komt Henk er als bedenker van deze variant inderdaad een beetje bekaaid vanaf in dit boek.
We mailden wat heen en weer en betrokken ook Johan Hut bij de discussie, waarna een duidelijk beeld ontstond van de ontwikkeling van Henks speciaalvariant die nu internationaal erkenning heeft gekregen als Dangerous Weapon. Gewapend met deze kennis waagde ik er een mailtje aan, naar de auteur van het hoofdstuk, Richard Palliser, een erkend auteur van schaakboeken.
Dear Mr. Palliser,
Congratulations on another excellent book in the Dangerous Weapons
series: Anti Sicilians by Emms/Wells/Palliser. I was a little disappointed after reading the chapter on the 4.e5 line, written by Mr. Palliser. I think your readers will appreciate to learn that the stem game of the 6 g3/rook sacrifice line was already played in Bussum, 1992. Henk Vedder, a former Dutch youth champion, found the concept of this amazing sacrifice over the board in his game with Mark Irwin! The latter was the first to accept the rook in this variation. The game was awarded the beauty prize.
Mr. Palliser refers to the game in his comments on J. Rudd – M. Rose but only as ‘once one Vedder faced’. I don’t understand why Mr. Palliser has skipped the relevant information where, when and against whom this game was played, not allowing the reader to identify it as the stem game of this Dangerous Weapon.
In Holland the line is known as the Vedder Sacrifice. This name was introduced by the popular chess writer Tim Krabbé (‘Chess Curiosities’) in his 2005 November 19th newspaper chess column, giving full credits to Henk Vedder and his brother Richard. He wrote this a month after the memorable day the Vedder brothers, the two main 6 g3 pioneers, played this line in the Dutch League, in two different matches in two different cities, both scoring an impressive victory!
Wim van der Wijk
Enige tijd later ontving ik de volgende reactie.
Dear Mr van der Wijk,
Thank you for your email about Dangerous Weapons: the Anti-Sicilians. I’m sorry that you felt I downplayed Henk Vedder’s amazing sacrifice. I suspect that I should have given him somewhat more credit, but was not aware of the Tim Krabbé article I’m ashamed to admit. Indeed, my main source was the forum pages of NIC Yearbook. Even so, I feel it’s important not to overstate the stunning rook sacrifice – unfortunately it is hardly forced after 4 e5, more just a nice line to hope for.
I hope you enjoyed the rest of the book, though, and in future I shall try to research all DW articles even more thoroughly. Krabbé is always an enjoyable and inspiring read after all!
Best wishes,
Richard
Ik deelde deze mail met de Vedders en bespeurde een zekere genoegdoening. Vervolgens kwamen we tot de conclusie dat het een leuk idee zou zijn hieraan een artikel te wijden in de clubbladen van En Passant en HSG en dat ik me hierover maar moest ontfermen. Hetgeen is geschied, eind 2009.
Het Vedder Offer ontstaat na de zetten: 1. e4 c5 2. Pf3 d6 3. Pc3 Pf6 4. e5 dxe5 5. Pxe5 a6 6. g3 Dc7 7. d4 cxd4 8. Dxd4 Pc6 9. Pxc6 Dxc6 10. Lg5! waarna zwart 10. …, Dxh1 kan spelen.
Natuurlijk heeft Richard Palliser gelijk als hij stelt dat we de variant niet moeten overwaarderen, omdat zwart genoeg alternatieven heeft om hem te ontwijken.
Maar daar gaat het niet om.
Bewerking van artikel in de clubbladen van HSG en En Passant, in 2009
Wim van der Wijk