Pionnen versus coniferen
uit Mat in de Mediastad (deel 1: feiten)
uit Mat in de Mediastad (deel 1: feiten)
Bankier, filantroop en schaker, dat beeld komt naar voren uit archiefmateriaal van Adri Plomp over Benjamin Willem Blijdenstein, telg uit een geslacht van Twentse textielbaronnen. Zijn beroemdheid in Hilversum dankt hij echter aan iets anders, aan het Pinetum Blijdenstein, de unieke botanische tuin waarvan hij de naamgever is. Blijdenstein neemt in eerdere jubileumuitgaven van HSG geen belangrijke plaats in.
Zijn rol binnen de club, waarvan hij zich in 1892 als lid aanmeldt, blijft beperkt. Zijn reputatie is hem in dat jaar wel al vooruitgesneld. De schaker die bij de club op de stoep staat, is de bijna eerste schaakkampioen van Nederland. In 1873 is hij een van de deelnemers van het eerste congres van de Nederlandse Schaakbond, die dan net is opgericht. Blijdenstein laat iedereen achter zich, behalve de in Nederland woonachtige Engelsman H.W.B. Gifford, die lid is van de Haagse schaakclub DD.
Het reglement staat toe dat ook buitenlandse bondsleden mee mogen doen. Gifford en Blijdenstein eindigen samen bovenaan met 10,5 uit 13. De Engelsman wint vervolgens de beslissingswedstrijd.
Blijdenstein, op dat moment 34, mag zich wel de beste Nederlandse schaker noemen, maar het schaakspel is voor hem slechts bijzaak, en niet eens de belangrijkste bijzaak. Bovendien heeft hij maatschappelijk te veel aan zijn hoofd om zich echt op het schaken te kunnen storten. In 1866 neemt hij de leiding over van de Twentsche Bank die zijn vader, voor wie geen rol meer in de textiel was weggelegd, vijf jaar eerder heeft opgericht. De zaken met de Twentsche Bank gaan goed, het toch al niet onaanzienlijke familiekapitaal groeit en groeit.
In april 1881 verhuist de schakende bankdirecteur met vrouw en negen kinderen naar Hilversum. Zij strijken neer in de villa Lindenheuvel, maar dat is slechts een tijdelijk optrekje, in afwachting van de definitieve bestemming: het landhuis dat in aanbouw is op een enorme lap grond die de bankier heeft verworven aan de ´s-Gravelandseweg. Hier verrijst Vogelenzang, een imposante villa met 34 kamers, drie badkamers en twee keukens. Naast het pand staat een hoge toren vanwaar bij mooi weer varende schepen op de Zuiderzee zijn te zien. De bankier is in alles een serieuze man die al vroeg een auto bezit, een Spijker met het kenteken G3, gemaakt door de Hilversumse smeden Hendrik Jan en Jacobus Spijker.
Hij treedt in 1893 toe tot de Hilversumse gemeenteraad, een functie die hij tot 1899 uitoefent. In 1903 is hij een van de oprichters van de Centrale Raad voor Hulpbetoon en Armenzorg, waarvan hij jarenlang voorzitter is. Een jaar later, hij is dan 65, trekt hij zich terug uit de dagelijkse leiding van de bank, en krijgt hij meer tijd voor zijn hobby’s. Schaken? Hij is in die periode slechts contribuerend lid van HSG, nee de vrije tijd die hij nu heeft, steekt hij in zijn werkelijk grote passie: het verzamelen van exotische planten en bomen. In 1909 laat de coniferenman de bekende tuinarchitect Hendrik Copijn een naaldbomenpark in Engelse landschapsstijl in zijn achtertuin ontwerpen.
Het Pinetum (spreek uit Pieneetum) Blijdenstein krijgt zijn definitieve vorm. De coniferen hebben het definitief gewonnen van de pionnen. Voor deze triomf van het levende hout moet heel Hilversum dankbaar zijn. Tot de verzameling behoren soorten, die in de vrije natuur ernstig bedreigd zijn, de collectie in Hilversum is daarom een van de belangrijkste ter wereld. De sfeervolle tuin is een geliefde trouwlocatie, de achtergrond van coniferen en andere naaktzadigen zoals Tasmaanse planten en rododendrons leent zich uitstekend voor romantische bruidsfoto’s. Op zomeravonden laten bezoekers zich er graag rondleiden door vrijwilligers die vertellen dat er soorten coniferen zijn waarvan de naaldjes van binnen ruiken naar mandarijnen. En dat allemaal dankzij een man voor wie het schaakbord met zijn 64 velden te klein is.
Het Pinetum Blijdenstein is in 2000 ondergebracht in een zelfstandige stichting, de Stichting Pinetum Blijdenstein, met als doel de toekomst van de collectie en de tuin veilig te stellen. Dankzij een schenking is de naam Blijdenstein ook verbonden aan het oudste verzorgingshuis in Hilversum, later De Egelantier geheten. Blijdenstein is in 1911 benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw. Hij overlijdt in 1914. Hij is in 1955 ingeschreven in het Gulden Boek van de gemeente Hilversum.
Wim van der Wijk