Man en paard
uit Mat in de Mediastad (deel 1: feiten)
uit Mat in de Mediastad (deel 1: feiten)
Schaken onder de aandacht brengen van een groot publiek, dat is een zware opdracht. Als er iemand is die op dat gebied een grote rol heeft gespeeld, dan is het Hans Böhm. Zeg je dat tegen hem, dan zegt hij steevast: “Vergeet Jos Timmer niet.”
Hans Böhm (geboren 15 januari 1950) was halverwege de jaren zeventig een Nederlandse topschaker, maar schreef toen ook al voor schaaktijdschriften, Elsevier, NRC Handelsblad en de GPD-bladen. Als schaker stond hij bekend als een bon vivant, maar met de camera op zich gericht kreeg hij opeens een rustige uitstraling. Dat maakte hem uitermate geschikt om voor een groot publiek uitleg te geven over onze ingewikkelde sport. Al vanaf 1972 doet hij dat voor diverse omroepen.
In 1978 werd Böhm benaderd door Jos Timmer, programmamaker bij de KRO. Timmer was een zwakke, maar enorm enthousiaste schaker bij de Hilversumse club De Pion.
Het lukte hem bij zijn werkgever iets van de grond te krijgen wat je niet voor mogelijk zou houden: een radioprogramma over schaken. De tijd was er rijp voor, Nederland had in de persoon van Jan Timman net een aanstormende wereldtopper gekregen. Al vielen zijn hoogtijdagen ruim na die start in 1978. Iedere week werd een programma van een halfuur gemaakt. Onderdelen waren een partij van Timman tegen de luisteraars (iedere week een zet), een probleemopgave en een verhaal over de actualiteit. En vaak een telefoontje van Böhm met Timman, die ergens zat te schaken in Joegoslavië, op de Canarische Eilanden of in Buenos Aires. In 1981 verscheen een boekje over het programma. Journalist Herman Hofhuizen, die op de momenten dat het programma werd opgenomen toevallig ook altijd in de studio was, schreef daarin:
“Eerst die schitterende ‘Fanfare pour le carrousel de Monseigneur’ van Jean-Baptiste Lully en meteen daarna de sonore Rotterdamse bas van Hans. ‘Hallo-oe… schaakvrienden en (na enig aarzelen) vriendinnen’. Niemand kan dat zo zeggen als hij, zoals niemand zo kan componeren als Lully. Nog minder kan iemand zo telefoneren als Hans Böhm met Jan Timman. Jan Timman op Malta, Hans Böhm achter een microfoon in de Hilversumse Emmastraat, en ik naast Hans.
Hans: ‘Hé, dag Jan, hoe gaat het?’
Jan: ‘Hé, dag Hans, goed.’
En dan volgde er natuurlijk nog wel wat, maar voor mij waren dat toch altijd de beslissende woorden.”
Het programma had wekelijks maar liefst honderdduizend luisteraars. Jos Timmer in hetzelfde boekje: “Maar wat eigenlijk veel belangrijker is: zelden heb ik, in mijn nu al bijna dertigjarige loopbaan bij de radio, zoveel en zulke enthousiaste reacties op een programma gekregen als uitgerekend bij deze schaakrubriek. En het waren niet alleen schakers, die reageerden. Ook zij, die niet of nauwelijks de loop der stukken kennen, maar dat gekke schaakwereldje wel interessant vinden, voelden zich aangesproken door de opmerkelijke presentatie van Hans Böhm.”
Het programma eindigde in 1992, na de laatste KRO-match (zie volgende hoofdstuk). Jos Timmer overleed in juni 1998, slechts 61 jaar oud.
Hans Böhm bleef op talloze manieren het schaken promoten. In de periode 1986-90 verscheen hij zelfs regelmatig op het NOS-journaal, vanwege WK-matches Karpov-Kasparov en de opmars van Timman in de WK-kandidatenmatches. De lijst van promotionele bijdragen van Böhm aan de schaaksport is onuitputtelijk. Hij was adviseur in de organisatie van de toernooien van Interpolis, VSB, OHRA, Hoogovens en de KRO-matches en gaf publiekscommentaar bij vele toernooien. Hij was als schaakadviseur betrokken bij de oprichting van Teletekst in 1980. Hij bedacht en presenteerde tal van cursussen op tv of video. Hij was adviseur bij diverse bioscoopfilms over schaken, waaronder in 1995 Lang leve de Koningin van Esmé Lammers (kleindochter van Max Euwe), die een Gouden Kalf won. Böhm is ambassadeur van de Schaakkaravaan, een basisschoolproject van het Max Euwe Centrum (MEC), en werkt mee aan tal van andere projecten van het MEC en de KNSB. Sinds 2008 is hij schaakmedewerker van de Telegraaf.
Hans Böhm werd in 1993 benoemd tot Lid van Verdienste van de KNSB. In 1996 ontving hij de Max Euwe Ring, vanwege zijn verdiensten voor het Nederlandse schaken. In 1999 werd hij erelid van de schaakclub Rotterdam, waarmee hij zeventien keer kampioen van Nederland was geworden.
In 2011 werd Böhm benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau, vanwege meer dan dertig jaar schaakpropaganda. Het moge duidelijk zijn waarom zijn bijnaam Mister Chess luidt.
Johan Hut